De ziekte of contractuur van Dupuytren is een aandoening van de handen. Er vormen zich knobbels in de handpalm. Meestal groeien die knobbels uit tot strengen. Vervolgens breiden de strengen zich uit naar de vingers.
Vooral de pink en ringvinger kunnen dan vaak niet goed meer strekken. Ze blijven gebogen staan, waardoor de hand minder goed te gebruiken is.
Meestal doen de knobbels geen pijn. De precieze oorzaak is nog niet bekend.
Meestal begint het rond middelbare leeftijd. U kunt deze ziekte aan één hand, maar ook aan twee handen krijgen. De ernst van de aandoening verschilt van persoon tot persoon.
De ziekte van Dupuytren heeft overeenkomsten met de ziekte van Ledderhose en de ziekte van Peyronie. Bij de ziekte van Ledderhose zitten er meestal knobbels in de voetzolen. En bij de ziekte van Peyronie kunnen er knobbels in de penis zitten.
De ziekte komt in sommige families vaker voor en is waarschijnlijk erfelijk. Verder komt het vaker voor bij mensen die:
Er zijn vele verschillende behandelopties. Van een aantal is de meerwaarde al bewezen, andere opties zijn nog in de onderzoeksfase. Het is belangrijk te onderkennen dat de ziekte van Dupuytren zich heel verschillend kan manifesteren. Een behandeling die voor de ene persoon heel geschikt is, kan voor de andere persoon minder geschikt zijn.
Ook spelen individuele voorkeuren van zowel arts als patiënt een rol. Hoe snel wil je weer aan het werk, moet je na een week alweer alles kunnen doen en accepteer je daarbij dat de kans groter is dat de streng na 1-2 jaar weer terugkomt?
Of investeer je in een ingreep met een langere herstelperiode, maar met een kleinere kans dat het terugkomt? Allemaal zaken die belangrijk zijn om samen met de behandelend arts op een rij te zetten en vervolgens samen een keuze te maken.
Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat hoe meer ingrepen een chirurg per jaar uitvoert, des te beter de resultaten zijn. Operaties aan de handen zijn nu eenmaal zeer complex en daardoor is er sprake van het zogenaamde “chirurgeffect”: chirurgen die vaker opereren hebben betere uitkomsten.
Spaltherapie is geen gebruikelijke behandelmethode, maar wordt wel toegepast. Soms wordt het gebruikt uit preventief oogpunt om de toename van kromstand tegen te gaan. Uitkomsten van behandeling met spalktherapie zijn variabel.
Steroïde injecties lijken met name de pijnlijke knobbel iets te verzachten. Er zijn meerdere injecties nodig en na deze behandelingen zijn er peesrupturen beschreven. De waarde van steroïde injecties is door middel van onderzoek niet vastgesteld. Deze behandelopties wordt dan ook niet door de landelijk richtlijn ondersteund.
Collagenase is een enzym dat gemaakt wordt door clostridium histolyticum. Het breekt het collageen af en maakt het weefsel zwakker. Hierdoor kan een streng gebroken worden, waardoor een vinger weer rechter komt te staan. Ook kan een knobbel zachter worden.
De behandeling bestaat uit twee poliklinische ingrepen: de injectie in de Dupuytren-streng en het breken van de streng. Het is daarmee discutabel of deze behandeling onder het kopje ‘Conservatieve behandelingen’ of onder ‘Operatieve behandelingen’ hoort te staan.
Voordeel van deze behandeling is dat je de hand snel weer kunt gebruiken: na ongeveer één week. De kans dat de vinger weer krom gaat staan (recidiefkans) is ongeveer 35% is na 3 jaar.
Bestraling lijkt vooral zinvol te zijn als behandelmethode in de beginfase. Het wordt al sinds 1902 toegepast. De meerwaarde van bestraling ten opzichte van de andere behandelopties is nog niet vastgesteld door goede studies.
Het is een behandeling die met name in Duitsland wordt toegepast. In Nederland wordt deze behandeling onder andere in het LUMC/ Reinier de Graaf ziekenhuis aangeboden.
De percutane naaldmethode is een methode die al door Guillaume Dupuytren zelf werd gebruikt in de 19e eeuw. Sinds de jaren 1990 is deze weer populair. Bij de percutane naaldmethode wordt onder plaatselijke verdoving met behulp van een naald de streng doorgeprikt.
Voordeel van deze methode is dat het eenvoudig is, dat het onder plaatselijke verdoving kan plaatsvinden en dat je de hand snel weer kunt gebruiken, meestal al na ongeveer een week. Nadeel van deze ingreep is dat de kans dat de vinger weer krom gaat staan (recidiefkans) hoog is: 65% na 2,5 jaar.
In 2019 is de RIDD-studie van start gegaan. Bij dit onderzoek wordt een medicijn dat normaal gesproken gebruikt wordt voor de behandeling van reuma, gebruikt voor de behandeling: anti-TNF-alpha.
Het onderzoek naar het effect van deze behandeling loopt in verschillende klinieken in het Verenigd Koninkrijk en in het UMC Groningen. Lees hier meer over het onderzoek.
Ondanks dat er weinig wetenschappelijk bewijs is voor het nut van spalken na een behandeling, hebben veel handchirurgen toch het gevoel dat het de kans op kromtrekking na de operatie door littekenweefsel verkleint.
Het wordt daarom veel toegepast na een operatieve behandeling. Lees meer over spalken bij Dupuytren in dit artikel.
Afhankelijk van waar u behandeld wordt en welke behandeling u heeft gehad, zult u het advies krijgen om na de ingreep aan de slag te gaan met de handtherapeut.